Things fall apart; the centre cannot hold; Mere anarchy is loosed upon the world. […] The best lack all conviction, while the worst are full of passionate intensity.
William Butler Yeats (1865-1939)
Vrijdagochtend. Ik wandel de trap af en haal onze dagelijkse krant uit de brievenbus. Sleutel in het slot, deurtje open, krant eruit, deurtje toe, sleutel eraf.
De voorpagina’s kopt de re-entry van Bashar al-Assad en exit van Aster Nzeyimana. Maar mijn oog valt vooral op een cartoon in de linkerbenedenhoek.
Inhoudstafel:
1. “Het alsmaar krimpende centrum”
In hun artikel voor De Morgen omschrijven journalist Stavros Kelepouris en columnist Jeroen Van Horenbeek de aanslepende politieke malaise in België. Hun hamvraag is: “Hoe verover je het alsmaar krimpende centrum?”
Alweer een nieuwe, verontrustende golf van wantrouwen waart rond in de Belgische politiek. Een nieuwe peiling laat zien dat er een groeiend wantrouwen is in de heersende politiek, wat zich vertaalt in:
- veel afhakende kiezers, en
- de (her)opkomst van extremen: Vlaams Belang en PVDA.
Met “extremen” bedoelen we hier de uiteinden van het politieke spectrum, zowel links als rechts. 1Tussenwerpsel: een semantische storm over de enge of brede betekenis van “extreem” is hier niet aan de orde. Zo’n storm in een glas water over wat in essentie om labeling is meer iets voor spindoctors. Die kelk laat ik graag aan mij voorbij gaan. De opkomst van die extreme partijen heeft een strijd aangewakkerd om het maatschappelijk middenveld.
In het immer veranderende landschap van de Belgische politiek bevinden deze o.a. drie centrale partijen zich op de rand van een zenuwinzinking verandering. Ze zijn op zoek naar hun eigen relevantie te midden van een krimpend politieke centrum. Groen klampt zich vast aan haar bekende principes, terwijl Open Vld het liberalisme probeert te herdefiniëren en de N-VA streeft naar het herstellen van de band met haar achterban. Om nog maar te zwijgen van het lot van CD&V.
Dit weekend belooft de voorbode te zijn van de naderende storm van een harde verkiezingscampagne, reflecterend op de bredere existentiële strijd die inherent is aan de democratische politiek. De voornoemde drie politieke partijen – Groen, Open Vld en N-VA – komen bijeen voor partijcongressen, in wat wordt gezien als de start van een verkiezingscampagne. Daarbij zullen meerdere partijen strijden om een krimpend centrum.
Daarom zal dit weekend naar alle waarschijnlijkheid een voorproefje zijn van wat komen zal.
- Groen, die onlangs is getroffen door meerdere prominente leden die hun vertrek uit het parlement aankondigden, en negatieve pers rondom de vicepremier Petra De Sutter, heeft dringend een opkikker nodig. Het congres zal zich richten op het versterken van hun bekende standpunten rondom duurzame energietransitie, kwaliteitsvolle zorg, meer natuur en fietspaden, en humanere omgang met vluchtelingen.
- Open Vld, die in de peilingen rond de 10-procentgrens schommelt en onlangs een slecht rapport kreeg van Het Laatste Nieuws, heeft ook behoefte aan een boost. De partijvoorzitter, Egbert Lachaert, presenteerde onlangs een groot inhoudelijk pamflet dat het liberalisme in Vlaanderen een nieuwe invulling moet geven.
- N-VA, hoewel het relatief stabiel blijft als de grootste van alle Vlaamse bestuurspartijen, heeft ook zorgen. Het kan niet langer claimen de marktleider te zijn in Vlaanderen, een plek die nu wordt ingenomen door Vlaams Belang. Het congres zal zich richten op 100 concrete ideeën en campagnepunten om de band met hun achterban te herstellen.
In het oog van de storm vinden we de strijd om relevantie. De politieke arena is niet voor zwakke zenuwen.
2. Vlaamse verkiezingen
De laatste regionale verkiezingen in Vlaanderen vonden plaats op 26 mei 2019, samen met de Europese parlementsverkiezingen en federale parlementsverkiezingen. Het Vlaams Parlement is verantwoordelijk voor een breed scala aan zaken die specifiek betrekking hebben op de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest, zoals onderwijs, cultuur, welzijn en economisch beleid.
De uitslag van deze verkiezingen gaf een veranderend politiek landschap weer. De N-VA (Nieuw-Vlaamse Alliantie) bleef de grootste partij, maar verloor zetels vergeleken met de vorige verkiezingen in 2014. Het Vlaams Belang, een extreemrechtse partij, maakte een significante winst en werd de tweede partij van Vlaanderen. Ook de groene partij Groen kende een lichte groei. De traditionele partijen zoals de CD&V (Christen-Democratisch en Vlaams), Open Vld (Open Vlaamse Liberalen & Democraten), en sp.a (Socialistische Partij Anders), die sinds 2021 Vooruit heet, zagen hun aandeel afnemen.
Deze uitslagen versterkten de trends van de afgelopen jaren van polarisatie, met groei voor de partijen aan de uiteinden van het politieke spectrum, en een afname van de steun voor de traditionele centrumrechtse en centrumlinkse partijen.
3. Lange-termijn trends
In mei 2019, na de laatste grote verkiezingsronde, was ik geïnteresseerd in de lange termijn trends in Vlaamse verkiezingsresultaten. Op basis van eerdere uitslagen met het aantal stemmen op Vlaams en Nationaal niveau maakte ik een eenvoudige spreadsheet die teruggaat tot 1968.
- Sinds 1968 veranderden alle partijen een of meermaals van naam. Maar door ze te mappen op ideologie in plaats van naam kun je alsnog een inzicht in de langetermijntrends creëren.
- De brondata is het aantal uitgebrachte stemmen voor de Vlaamse partijen. Eenvoudig te vinden. En eenvoudig te vergelijken, los van de groeiende Vlaamse bevolking, want ik gebruikte percentages.
- Voor de periode na 2019 gebruik ik data uit politieke peilingen als aanvulling voor het gebrek aan een nieuwe “moeder aller verkiezingen.” 2Hopelijk geniet je van uw pensioen, Martine Tanghe.
Voegen we de laatste peiling van De Stemming toe aan deze spreadsheet, dan krijg je het volgende resultaat. 3Bron: Verkiezingsresultaten en peilingen in België, 1968-2023. Data: Kamer van Volksvertegenwoordigers.
Voor alle duidelijkheid zal ik even de grenzen aflijnen van links (L), het centrum (C), en rechts (R). Daaruit blijkt duidelijk dat de grote verschuiving sinds 1968 vooral te vinden is in het krimpen van de centrumpartijen. CD&V is een schaduw van haar vroegere zelf. Open Vld flirt al enkele jaren met de 10-procentgrens.
En om het nog duidelijker te tonen, een geanimeerde versie. 4Noem het een gifke of gifje, maakt niet uit.
Het is belangrijk op te merken dat politieke trends kunnen veranderen tussen verkiezingen, en de uitkomst van toekomstige verkiezingen zal worden beïnvloed door een verscheidenheid aan factoren, waaronder het huidige politieke klimaat, de specifieke kandidaten en de belangrijkste thema’s van het moment.
3.1. Waarom krimpt het centrum?
De krimp van het politieke centrum in Vlaanderen, net als in veel andere West-Europese regio’s, kan worden toegeschreven aan meerdere factoren.
- Politieke polarisatie: De polarisatie in het politieke landschap is toegenomen, met partijen die zich steeds meer op extremere standpunten positioneren. Dit kan ertoe leiden dat gematigde of centrumpartijen worden weggedrukt.
- Ontevredenheid en wantrouwen: Er is een groeiende ontevredenheid en wantrouwen ten aanzien van traditionele politieke partijen en instellingen. Dit heeft geleid tot een toename van de steun voor populistische partijen aan zowel de linker- als de rechterkant van het politieke spectrum, ten koste van de centrumpartijen.
- Identiteitspolitiek: Vraagstukken rond identiteit, zoals immigratie en nationale identiteit, spelen een steeds grotere rol in het politieke debat. Dit kan de steun voor centrumpartijen ondermijnen, vooral als deze partijen worden gezien als onvoldoende reactief op deze thema’s.
- Economische factoren: Veranderingen in de economie, zoals de gevolgen van globalisering en technologische verandering, hebben bijgedragen aan economische ongelijkheid en onzekerheid. Dit kan leiden tot steun voor partijen aan de uiteinden van het politieke spectrum, die radicale veranderingen beloven.
- Veranderingen in het partijlandschap: De opkomst van nieuwe partijen, zoals de N-VA en Vlaams Belang, heeft bijgedragen aan de verschuivingen in het politieke landschap en de krimp van het centrum.
Het is belangrijk op te merken dat deze factoren elkaar kunnen versterken en dat ze niet los van elkaar kunnen worden gezien. Het krimpen van het politieke centrum is een complex proces met meerdere onderling verbonden oorzaken.
3.2. Hoezo kan links standhouden?
Het antwoord op de vraag waarom linkse partijen standhouden is volgens mij te vinden in een hardere houding. Het schoolvoorbeeld daarvan is de Groen-Linkse partij (Deens: Socialistisk Folkeparti) van Mette Frederiksen in Denemarken.
De term “flinks”, een samentrekking van “flink” (wat in het Nederlands ‘hard’ of ‘stevig’ betekent) en “links”, wordt doorgaans gebruikt om een politieke stroming te beschrijven die traditionele linkse economische standpunten combineert met een meer hardline houding op het gebied van thema’s zoals immigratie, criminaliteit en veiligheid.
Flinks-populisme verschilt van traditioneel links in de zin dat het soms een strengere houding vergeleken met bepaalde sociale thema’s aanneemt. Terwijl traditioneel links zich over het algemeen richt op thema’s als sociale rechtvaardigheid, gelijkheid, werknemersrechten en milieubescherming, kan flinks-populisme een strenger standpunt innemen op het gebied van wetshandhaving, nationale veiligheid en immigratiebeleid.
Deze houding kan soms worden gezien als een reactie op de perceptie dat traditioneel links te toegeeflijk of naïef is in deze thema’s. Flinks-populistische partijen kunnen proberen kiezers aan te trekken die economisch progressief zijn, maar die zich zorgen maken over thema’s zoals nationale veiligheid of culturele verandering.
4. Gluren bij de buren
België grenst aan vier landen: Nederland, Duitsland, Luxemburg en Frankrijk. Over het algemeen hebben we in deze buurlanden van België de trend gezien dat traditionele partijen terrein verliezen, terwijl groene en populistische partijen terrein winnen. Deze trends zijn echter niet uniform en variëren afhankelijk van het specifieke politieke klimaat en de problemen van elk land.
- In Nederland hebben de verkiezingen van 2021 de dominantie van de liberale partij VVD, geleid door premier Mark Rutte, bevestigd. Tegelijkertijd is er een versplintering van het politieke landschap, met veel kleine partijen die zetels in de Tweede Kamer winnen. GroenLinks en de PvdA (Partij van de Arbeid) zijn prominente linkse partijen, maar ze hebben niet de omvang of invloed die ze in het verleden hadden.
- Duitsland heeft in september 2021 een cruciale verkiezing gehad na het tijdperk van bondskanselier Angela Merkel. De sociaaldemocratische SPD won nipt van Merkel’s conservatieve CDU/CSU. De groene partij Die Grünen had een belangrijke rol in deze verkiezingen en heeft aanzienlijke winst geboekt.
- In Frankrijk is er een sterke polarisatie tussen de centristische partij La République En Marche van president Emmanuel Macron en de extreemrechtse partij Rassemblement National (voorheen bekend als Front National) onder leiding van Marine Le Pen. Traditioneel linkse partijen zoals de Parti Socialiste en La France Insoumise hebben moeite om hun voet aan de grond te krijgen.
- In Luxemburg heeft de coalitie van de Democratische Partij, de Luxemburgse Socialistische Arbeiderspartij en De Groenen de macht behouden na de verkiezingen van 2018, waarbij premier Xavier Bettel werd herkozen.
De politieke trends in deze landen variëren, maar er zijn enkele algemene patronen te herkennen.
5. “Het leven is net als voetbal”
Het leven is net als voetbal. Soms schiet je raak, soms mis, maar als je mis schiet, betekent dat niet dat je een slecht mens bent.
Marco Van Basten (°1964)
Politieke commentatoren zijn vaak een grote fan van metaforen. Hun meestgebruikte metafoor is vaak het voetbal. Uit mentale luiheid zal ik diezelfde metaforische truc hanteren.
In het politieke voetbalspel is de bal het maatschappelijke thema, het hete hangijzer dat door alle spelers op het veld wordt begeerd. De twee ploegen, links en rechts, strijden om het bezit van deze bal en om de controle over het middenveld, dat hier het politieke centrum symboliseert.
De trainers van deze teams, het politieke partijbestuur, hebben de taak om hun spelers te positioneren. Zij bepalen de strategie en kiezen zorgvuldig welke spelers het veld op gaan. Zij moeten rekening houden met de sterktes en zwaktes van hun spelers, net zoals politieke partijen hun kandidaten selecteren op basis van hun expertise, populariteit en de behoeften van de kiezer (of eerder de eigen achterban).
In de drang om te domineren, door het domineren van het middenveld, vergeten de spelers soms om te scoren, d.w.z. om de bal – het maatschappelijk thema – in het doel te krijgen en zo politieke punten te scoren. Ze zijn zo gefocust op het veld dat ze de bal uit het oog verliezen, waardoor ze het bredere maatschappelijke perspectief vergeten. Ze strijden om het middenveld, maar laten soms de bal liggen. Ook onze “sportcommentatoren” Kelepouris en Van Horenbeek focussen in hun artikel verkeerdelijk op hoe de partijen het speelveld moeten veroveren, maar minder op hoe de bal in de goal moet.
En dan zijn er de ‘own goals’. Soms, in een poging om de bal weg te houden van hun tegenstander, schieten ze hem juist in hun eigen net. In de politiek betekent dit een beleidsbeslissing of een uitspraak die averechts werkt, die hun eigen partij schaadt in plaats van helpt. Een pijnlijk moment, maar een dat iedereen zich zal herinneren. Net als in het voetbal zijn het deze momenten die vaak het verschil maken in het spel.
5.1. Hoezo een ‘own goal’?
Een voorbeeld van een politieke ‘own goal’ in de Belgische politiek was het beruchte incident rond de F-16 gevechtsvliegtuigen in 2018. Toenmalig minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA) en zijn partij kwamen onder vuur te liggen toen bleek dat er belangrijke informatie was achtergehouden over de mogelijke levensduurverlenging van de Belgische F-16’s. De oppositie beschuldigde de minister en zijn kabinet ervan dat ze deze informatie bewust hadden achtergehouden om de aankoop van nieuwe gevechtsvliegtuigen te rechtvaardigen.
Deze kwestie veroorzaakte aanzienlijke politieke schade voor de N-VA en minister Vandeput, en kan worden gezien als een ‘own goal’. Het was een situatie waarin de poging om een politiek doel te bereiken (de aankoop van nieuwe vliegtuigen) uiteindelijk leidde tot reputatieschade en verlies van vertrouwen.
5.2 Eén voorbeeld is geen voorbeeld
Voor Open VLD kan een voorbeeld van een ‘own goal’ gevonden worden in de regeringsdeelname van de partij in de regering van Alexander De Croo (oktober 2020- heden). Hoewel de partij zich positioneerde als een liberale en economisch rechtse partij, werd ze door haar deelname aan een regering met voornamelijk linkse partijen door sommige kiezers gezien als ontrouw aan haar liberale principes. Dit veroorzaakte enige interne verdeeldheid en verwarring onder kiezers over de ware positie van de partij, wat ook kan worden beschouwd als een politieke ‘own goal’.
Een derde voorbeeld van zo’n politieke ‘own goal’ voor CD&V vond plaats in 2016, toen toenmalig minister van Justitie Koen Geens verantwoordelijk was voor het departement tijdens de terroristische aanslagen in Brussel. In de nasleep van de aanslagen kreeg het ministerie van Justitie kritiek te verduren over de gebrekkige informatie-uitwisseling en de gebrekkige opvolging van potentieel gevaarlijke individuen. Dit incident leidde tot een verlies van vertrouwen in de partij en in het bijzonder in de capaciteiten van Geens als minister van Justitie.
6. Richting tweepartijenstelsel?
Is het politieke centrum in Vlaanderen dan ten doodde opgeschreven? Niet per se.
In tegenstelling tot de titel van dit artikel, kan het politieke centrum zeker blijven bestaan. Alleen niet in haar huidige vorm. Extrapoleer mijn bovenstaande grafiek nog enkele verkiezingsrondes in de toekomst, en het centrum is helemaal geabsorbeerd door de extremen.
Hoewel het waar is dat het centrum onder druk staat door de groei van partijen aan de uitersten van het politieke spectrum, betekent dit niet dat er geen ruimte meer is voor gematigde, centristische politiek. 5Of het de huidige centrumpartijen zullen zijn die deze mantel opnemen, dat is nog een open vraagstuk. Misschien is Vlaanderen klaar voor een nieuwe centrumpartij?
Het centrum heeft het potentieel om een verbindende kracht te zijn tussen de polariserende uiteinden van het politieke spectrum. Partijen in het centrum kunnen het evenwicht bewaren tussen progressieve en conservatieve waarden en beleidsdoelen. Ze kunnen een brug slaan tussen verschillende sociale groepen en belangen en bijdragen aan het bereiken van consensus en compromis, wat essentieel is voor het functioneren van een democratie.
Nuance 1. Het is belangrijk om te erkennen dat politieke trends cyclisch zijn en kunnen veranderen. Hoewel het politieke landschap in Vlaanderen op dit moment sterk gepolariseerd is, kan dit in de toekomst veranderen, afhankelijk van een verscheidenheid aan factoren, zoals economische omstandigheden, maatschappelijke ontwikkelingen en wereldwijde gebeurtenissen.
Nuance 2. Daarnaast is het ook belangrijk dat centrum partijen zich blijven aanpassen en evolueren om relevant te blijven. Dit kan betekenen dat ze nieuwe manieren moeten vinden om zich te verbinden met kiezers, hun beleidsposities moeten bijwerken om te reflecteren op veranderende sociale en economische realiteiten, en oprechte inspanningen moeten leveren om te luisteren naar en te reageren op de zorgen en aspiraties van de burgers.
6.1. Redding van het centrum?
Klagen zonder een oplossing te bieden is nutteloos. Daar doe ik niet aan mee. Daarom een poging om alsnog te definiëren rond welke thema’s een sterk centrum zich kan positioneren en heruitvinden.
Hier zijn 10 mogelijke punten voor in het programma van een (nieuwe) politieke centrumpartij. De punten zijn uniek, en maken nog geen deel uit van het programma van een eender welke andere politieke partij.
- Lokale empowerment: Meer beslissingsmacht overdragen aan lokale besturen, zodat ze hun unieke behoeften en uitdagingen effectief kunnen aanpakken.
- Technologische ethiek: Regelgeving en ethische richtlijnen opstellen om opkomende technologieën zoals kunstmatige intelligentie, biotechnologie en gegevensprivacy te regelen.
- Duurzame landbouw: Bevorder duurzame landbouwpraktijken, biologische landbouw en steun lokale boeren om voedselzekerheid en milieubeheer te garanderen. Ecologie is niet alleen een links thema. Natuur ‘conserveren’ is ook een conservatief thema. Zonder leefbaar leefmilieu gaat het land dood. Zonder boeren die eten maken, gaat het land ook dood.
- Actief burgerschap: Het aanmoedigen van burgerzin, vrijwilligerswerk en maatschappelijke participatie om de sociale cohesie en democratische waarden te versterken. 6Dit gaat dus regelrecht in tegen het afschaffen van de opkomstplicht; een afschaffing die vooral diende om Vlaams Belang een eventuele hak te zetten.
- Balans tussen werk en privéleven: Pleit voor beleid dat flexibele werkregelingen, ouderschapsverlof en het welzijn van werknemers bevordert om een gezonder evenwicht tussen werk en privéleven te bereiken. Daarmee krijgt de bevolking een kans om zowel kinderzorg als mantelzorg te verbeteren.
- Plattelandsontwikkeling: Alomvattende strategieën implementeren om plattelandsgebieden nieuw leven in te blazen en te ontwikkelen, en zorgen voor gelijke toegang tot infrastructuur, gezondheidszorg en onderwijs. 7Uit deze bron putte Caroline van der Plas in Nederland voor de overwinning van BBB (BoerBurgerBeweging) tijdens de Provinciale Statenverkiezingen van 15 maart 2023. Over exact 14 dagen, tijdens de Eerste Kamerverkiezingen van 30 mei 2023, zullen we zien of ze deze overwinning kan herhalen.
- Empirisch onderbouwd beleid: Prioriteit geven aan empirisch onderbouwde besluitvorming en vertrouwen op degelijk onderzoek en inbreng van deskundigen om beleid en wetgeving vorm te geven. Ja, het zal even pijn doen om die politieke benoemingen te verliezen. Ja, dat had lang geleden al moeten gebeuren.
- Creatieve economie: Het Vlaamse beleid maakt graag een stokpaardje van innovatie. Die innovatie komt van creatieve mensen. Daarom dus moet je de groei van de creatieve industrieën bevorderen door kunstenaars, culturele initiatieven en ondernemerschap binnen de creatieve sector te ondersteunen.
- Duurzaam vervoer: Milieuvriendelijke vervoersopties bevorderen, zoals beter openbaar vervoer, fietsinfrastructuur en elektrische mobiliteit.
- Interreligieuze dialoog: Stimuleer de dialoog en het begrip tussen verschillende religieuze gemeenschappen en bevorder religieuze tolerantie en sociale harmonie.
7. Conclusie
De politieke arena in Vlaanderen, net als in vele andere delen van de wereld, is dynamisch en vol veranderingen. Het politieke centrum is misschien wel aan het krimpen, maar het is zeker niet ten dode opgeschreven. Politieke partijen, ongeacht hun plaats in het spectrum, moeten echter wel blijven evolueren en zich aanpassen aan de nieuwe realiteiten en uitdagingen van onze samenleving.
In deze context kan de focus op de punten die we eerder hebben besproken – van lokale empowerment tot interreligieuze dialoog – helpen om het politieke landschap te verbeteren. Het centrum, net als alle andere politieke stromingen, moet zich inzetten voor deze doelen om een relevante en effectieve kracht te blijven in onze moderne, snel veranderende wereld.
Uiteindelijk, in tegenstelling tot een voetbalwedstrijd, is het belangrijkste niet wie de meeste punten scoorde, maar hoe het spel wordt gespeeld. In de politiek gaat het erom de belangen van de burgers te dienen, hun leven te verbeteren en een duurzame toekomst voor iedereen te waarborgen. Laten we hopen dat alle spelers op het veld deze les in gedachten houden.
8. Discussie
Proficiat als je helemaal tot hier hebt gelezen. Ben je het eens of (meer waarschijnlijk) oneens met deze punten? Dan kun je hier deelnemen aan een beschaafde discussie op Twitter, het politieke discussieplatform bij uitstek. Hou alsjeblieft wel uw manieren, want het is vandaag Moederdag, en ge wilt uw mama niet affronteren.