Action packed! Dat is de beste manier om deze 21ste Bond-film te beschrijven. Kenners van het genre keken al een hele tijd uit naar Casino Royale, waar Daniel Craig zijn debuut maakt als de koele killer 007. De meningen waren op voorhand erg verdeeld (het is waar dat hij evenzeer een slechterik zou kunnen spelen) maar voor zijn prestatie in deze film mag hij zeker terugkeren. Regisseur Martin Campbell maakte er een echte knaller van. Zelden zo’n achtervolgingsscène gezien als in de eerste tien minuten van deze film!
Vergeleken met de rest van de serie vormt Casino Royale een ware stijlbreuk. Wat meteen opvalt is de vernieuwde muziek-intro (of hoe je dat ook noemt): waar vroeger schaars geklede dames rondhuppelden of -zwommen krijg je nu een computeranimatie rond het thema van de speelkaarten. Dat is even wennen maar niet slecht gedaan. Ook chronologisch is de continuïteit zoek: James Bond begint de film als rookie die zijn strepen nog moet verdienen, terwijl je op verschillende gsm’s kan aflezen dat het juli-augustus 2006 is; best niet teveel over nadenken. Een laatste opvallende verschil is het ontbreken van gadgets: opende 007 vroeger nog hekken met een laser in zijn horloge, dan moet hij nu veel meer schoppen en sleuren (of gewoon dóór de muur lopen). Het is echt wel back-to-basics. Een blitse wagen heeft ie nog steeds, toch heb ik Bond zelden zoveel zien lopen.
https://www.youtube.com/watch?v=fl5WHj0bZ2Q
Niks tegen op al die dingen, maar omdat niets perfect is toch nog vlug twee kritieken: naar mijn mening is James Bond op een bepaald moment wat té emotioneel, en Montenegro lijkt rijker dan het volgens mij is. Casino Royale is een spannende film geworden die meer dan twee uur blijft boeien. Het open einde doet me nu al verlangen naar het volgende deel.