Afgelopen woensdag was de première van Disney’s nieuwste: Oz the Great and Powerful, een prequel van The Wizard of Oz (1939) met Judy Garland. Na 6 maanden filmen en anderhalf jaar digitale postproductie kwam de film eindelijk in de zalen. De quasi lege zaal op een openingsavond deed echter het een en ander vermoeden.
De bedoeling van Oz is de voorgeschiedenis schetsen van hoe tovenaar Oscar Zoroaster Diggs1Zijn volledige naam is blijkbaar: Oscar Zoroaster Phadrig Isaac Norman Henkel Emmannuel Ambroise Diggs. (James Franco) vanuit Kansas in deze toverwereld terecht kwam. Op het moment dat Oz in een luchtballon zit komt er toevallig een tornado voorbij die hem, net als Dorothy Gale indertijd, naar het Land van Oz brengt. Uiteraard zijn er daardoor heel wat overlappingen, maar ook een aantal nieuwe elementen. De tovenaar moet Emerald City redden van de boze heks. Maar wie is in dit verhaal de slechterik? In iedere Disney film moet een grappige sidekick opdraven. In dit geval is dat de pratende, vliegende aap Finley. Ook de achtergrond van de verschillende heksen krijgt verduidelijking.
Eerlijk is eerlijk: een visueel knappe film met helaas vreselijke acteerprestaties.
- James Franco kan blijkbaar geen andere emoties vertolken dan a) verbaasd voor zich uit staren en b) breed glimlachen tot achter zijn oren.
- Dito eigenlijk voor Michelle Williams terwijl ik wéét dat ze beter kan.
- De dubbele rol van Mila Kunis — “Shut up Meg” — is nog best te pruimen.
- Misschien had Rachel Weisz een grotere rol moeten krijgen?
Best van al vond ik nog het porseleinen popje. Haar defecten waren nog te lijmen, in tegenstelling tot het verlamde kind uit de eerste tien minuten.
Verdict: Waarschijnlijk een boeiende film voor uw kleln mannen, maar voor iedereen ouder dan 10 jaar niet echt de moeite om te kijken of herbekijken.
Rating: *½